Inhoudsopgave
Wat is het verschil tussen passend onderwijs en inclusief onderwijs?
,,Bij passend onderwijs is het vooral het kind dat zich – eventueel met ondersteuning – aanpast aan het bestaande systeem; bij inclusief onderwijs wordt het systeem passend gemaakt voor het kind”, zo luidde het in één van de bijgaande filmpjes.
Hoe zit het Nederlandse schoolsysteem in elkaar?
Het onderwijssysteem begint met regulier basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs voor alle kinderen vanaf vier jaar. Na het basisonderwijs zijn er zeven vormen van voortgezet onderwijs: voortgezet speciaal onderwijs, praktijkonderwijs, vmbo, lwoo, havo, vwo en vavo.
Wat is het laagste onderwijs?
Het laagste niveau is praktijkonderwijs. Dit is bedoeld voor kinderen met een IQ onder de 80. Er staat voor dit onderwijs niet een bepaald aantal jaren. Je kan dit onderwijs volgen tot je achttiende jaar.
Wat kun je doen onder online les?
Maak te-doen-lijstjes en weekschema’s. Schrijf op wat je straks online op wilt zoeken, ideeën voor verjaardagscadeautjes, of 10 favoriete dingen van welke categorie dan ook (zoals bands, videospelletjes of tv-programma’s). Beslissen welke favoriete dingen op de lijst horen en welke niet, kan helpen om de tijd de doden.
Wat is TSO in Nederland?
De richting Technisch Secundair Onderwijs (TSO) bestaat uit algemeen vormend en beroepsgericht onderwijs. Duur: 6 jaar. Inhoud: algemeen vormende vakken en praktische vakken (technisch/economisch/administratief). De praktische vakken vormen vaak een klein percentage van het totale vakkenpakket.
Hoeveel WO instellingen zijn er in Nederland?
Cijfers over hoger onderwijs (ho)
Betreft: | 2011 | 2020 |
---|---|---|
Aantal hbo-instellingen (1) | 39 | 36 |
Personeel hbo in fte’s (aantal x 1.000) (2) | 31,7 | |
Ingeschrevenen hbo (peildatum 1 oktober) | 423.945 | 489.383 |
Aantal wo-instellingen (3) | 14 | 20 |
Welke niveau’s zijn er?
Het voortgezet onderwijs kent vier niveaus: vmbo, havo, vwo en praktijkonderwijs. Leerlingen worden in het voortgezet onderwijs voorbereid op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), het hoger beroepsonderwijs (hbo) of het wetenschappelijk onderwijs (wo).