Inhoudsopgave
Wat zijn risicofactoren voor ontwikkeling van decubitus?
Factoren die bijdragen aan het ontstaan van decubitus zijn de duur van de druk op het weefsel, de kracht van de druk- of schuifkrachten, voedingstoestand, mate van bewustzijn, mobiliteit, doorbloeding, het gewicht van de persoon, weefseltolerantie en medicijngebruik.
Hoe kun je decubitus krijgen?
Decubitus komt voor bij mensen die door ziekte, handicap of ongeval veel in bed liggen en/of in een (rol)stoel zitten. Jong en oud, dik of dun, iedereen kan decubitus krijgen. Patiënten met een verminderde activiteit en/of mobiliteit moeten steeds als risicopatiënt beschouwd worden.
Hoe kun je decubitus behandelen?
Controleer of risicoplaatsen pijnlijk zijn. Zorg dat de huid niet vochtig is. Gebruik, in overleg met een deskundige, eventueel een barrièremiddel zoals een barrièrespray (verkrijgbaar bij drogist en apotheek) om de huid te beschermen tegen de inwerking van vocht van bijvoorbeeld zweten of incontinentie.
Hoe voorkom je decubitus?
Decubitus is het best te voorkomen door schuiven en langdurige druk op 1 plaats zoveel mogelijk te vermijden door een goede lig- of zithouding en door regelmatig van ligging of zit te veranderen. Ook als eenmaal decubitus is ontstaan, blijven deze maatregelen belangrijk. Daarnaast is wondverzorging van belang.
Wat is de prevalentie van decubitus?
De prevalentie van decubitus (zonder de lastig te herkennen − en daardoor onbetrouwbaar te scoren − decubitus categorie I) blijkt over alle instellingen samen in de loop der tijd een sterk dalende tendens te vertonen, van circa 12% in 1998 naar 4% in 2013.
Hoe doet decubitus zich voor bij ouderen?
Decubitus doet zich vooral voor bij oudere cliënten, wat verklaard kan worden uit factoren als verminderde mobiliteit, slechtere voedingstoestand en verminderde weefseltolerantie. De laatste jaren is de prevalentie van decubitus flink gedaald. Sinds 2011 stagneert de daling. In de chronische zorg lijkt er zelfs sprake van een lichte toename.
Waar komt decubitus het meest voor?
Decubitus ontstaat vooral op plaatsen waar langdurig druk op het weefsel tussen de huid en het bot wordt uitgeoefend. Denk aan: stuit, zitbeenknobbels, heupen, hielen, knieën, enkels, schouderbladen, oren, achterhoofd en wervelkolom.
Waarom is bij neurologische aandoeningen de kans op decubitus groter?
Dit komt omdat de huid en bloedvaatjes van oudere mensen minder veerkrachtig zijn dan die van jonge mensen. Ook wanneer iemand in een bed of stoel onderuit zakt (‘schuifkrachten’), kunnen de bloedvaten gerekt of gebogen worden. De bloedtoevoer is dan minder en zo kan decu- bitus ontstaan.
Waarom doet decubitus pijn?
Er komt dan te veel druk op de huid waarop u zit of ligt. Als de druk te lang duurt, gaat de huid kapot. U krijgt dan op die plek een blaar of een wond. Een drukplek kan veel ongemak en pijn geven.
Wat kun je doen om decubitus te voorkomen?
Hoe kunt u zelf decubitus helpen voorkomen?
- Verander regelmatig van houding. In de (rol)stoel door u tenminste één keer per uur op te drukken van de zitting.
- Voorkom wrijving.
- Zorg voor goede hygiëne.
- Let op bij incontinentie.
- Zorg voor een goede onderlaag.
- Zorg voor een goede voeding.
Wie hebben vooral kans op decubitus?
Patiënten van alle leeftijden, zowel mannen als vrouwen, hebben een risico om in het kader van hun ziekte decubitus te krijgen. Naast druk- en schuifkrachten is er een aantal andere factoren die het risico van decubitus bij de patiënt verhogen: Bedlegerig of stoelgebonden.