Wat moet er op een GHS etiket staan?

Wat moet er op een GHS etiket staan?

Op ieder etiket staat verplicht:

  • De hoeveelheid stof in de verpakking.
  • Naam, adres en telefoonnummer van de leverancier.
  • Productidentificatie (identificatienummer en naam)
  • Gevaarspictogrammen.
  • Signaalwoord (gevaar of waarschuwing)
  • Gevarenaanduidingen (H-zinnen)
  • Voorzorgsmaatregelen (P-zinnen)

Wat voor informatie wordt er gegeven in een p zin?

De P-zinnen geven met name informatie over de (voorzorgs)maatregelen die genomen moeten worden bij het gebruik van 1 stof óf product voor preventie; en dan in het geval van een ongeluk of bij opslag en verwijdering.

Welke informatie geeft een verpakkingsgroep?

Verpakkingsgroep. Naast een indeling in een gevarenklasse, is een aantal ADR-klasse (alles behalve 1, 2, 5.2, 6.2 en 7) ook ingedeeld in een bepaalde verpakkingsgroep (VG of PG, packing group). Deze indeling geeft, onafhankelijk van de klasse, een indicatie van de ‘gevaarlijkheid’ van een stof.

Wat geeft een P zin aan?

De etiketten van de gevaarlijke stoffen zijn naast de gevarenpictogram ook voorzien van zogenaamde H- en P-zinnen. De H-zinnen zijn gevarenaanduidingen (H van hazard / gevaaraanduiding). De P-zinnen wijzen op voorzorgsmaatregelen (P van precaution / veiligheidsaanbeveling ).

Wat is P210?

P201 “Alvorens te gebruiken de speciale aanwijzingen raadplegen.” P202 “Pas gebruiken nadat u alle veiligheidsvoorschriften gelezen en begrepen heeft.” P210 “Verwijderd houden van warmte/vonken/open vuur/hete oppervlakken.

Hoeveel klassen gevaarlijke stoffen?

De gevaarlijke goederen worden ingedeeld in 13 verschillende klassen al naargelang het soort gevaar dat uitgaat van deze gevaarlijke stoffen. Bij een combinatie van gevaarlijke eigenschappen (bv: giftig en brandbaar) wordt de stof ingedeeld bij die klasse die het grootste gevaar vertegenwoordigt tijdens het transport.

GHS etiketinformatie

  • De hoeveelheid stof in de verpakking.
  • Naam, adres en telefoonnummer van de leverancier.
  • Productidentificatie (identificatienummer en naam)
  • Gevaarspictogrammen.
  • Signaalwoord (gevaar of waarschuwing)
  • Gevarenaanduidingen (H-zinnen)
  • Voorzorgsmaatregelen (P-zinnen)
  • Eventueel aanvullende informatie.