Wat is intermitterende voeding?

Wat is intermitterende voeding?

Bij intermitterend voeden krijgt de patiënt een deel van een etmaal sondevoeding die continu druppelsgewijs wordt gegeven (bijvoorbeeld ’s nachts). Per bolus voeden betekent het toedienen van sondevoeding in porties, meestal via een spuit of trechter.

Wat is intermitterende toediening?

Uw pomp is geprogrammeerd voor intermitterende toediening: hij wordt gebruikt voor behandelingen met een infuus met vast volume van medicijnen/vloeistof dat met regelmatige, geprogrammeerde tussenpozen wordt toegediend.

Wat is de maximale hoeveelheid sondevoeding per bolus?

De maximale hoeveelheid per portie is gemiddeld 250 – 300 ml (soms tot 500 ml per keer mogelijk). Voor een volledige sondevoeding zijn zeker 6-8 porties nodig, in de praktijk is dit niet altijd haalbaar zodat de volledige geadviseerde hoeveelheid sondevoeding niet altijd gehaald wordt.

Wat is een intermitterende behandeling?

met bepaalde tussenpozen plaats vindend; syn. periodiek; vgl. Intermittens; bijv. intermitterende behandeling van syphilis met kwikzilver.

Wat is een Druppelkamer?

De druppelkamer is transparant en laat in één oogsoplag zien of het infuus nog druppelt. De druppelkamer bevat een fijnmazige kunststof filter die voorkomt dat te grote deeltjes uit de infuusvloeistof in de bloedbaan terecht komen. Voor toedienen van vloeistoffen en medicatie is een 15 micron-filter gebruikelijk1.

Hoe wordt de Voedingspomp bij sondevoeding bediend?

Met een voedingspomp wordt voeding door uw sonde gepompt. Bij elke voedingspomp hoort een passend toedieningssysteem, een zogenaamde pomp-set. Het is belangrijk dat u voor het gebruik van de sondevoeding, de inloopsnelheid op de pomp instelt. Uw arts of diëtist adviseert de inloopsnelheid.

Welke medicatie mag u via de sonde toedienen?

Toedienen

  • de hoofdbehandelaar en / of apotheker past de medicatie aan, zodat dit veilig toegediend kan worden door de sonde.
  • tabletten kunnen worden vervangen door zetpillen, suspensies, goed oplosbare tabletten of poeders.