Inhoudsopgave
Wat is een representatieve steekproef?
Als de populatie ten aanzien van een bepaald kenmerk is gepartitioneerd in een aantal klassen (categorieën, lagen), zorgt men in een representatieve steekproef ervoor dat deze klassen in dezelfde verhouding in de steekproef vertegenwoordigd zijn als in de populatie.
Hoe doe je een goede steekproef?
Je deelt de populatiegrootte door de steekproefgrootte (N / n = k) en selecteert bijvoorbeeld elke ke persoon. Als de populatie 1000 mensen telt, en je wilt een steekproef van 100, dan selecteer je dus elke tiende persoon uit het bestand.
Wat is een betrouwbaar onderzoek?
In een onderzoek betekent betrouwbaarheid ‘de mate waarin een meting onafhankelijk is van toeval’. Wanneer de uitkomsten van een onderzoek zijn bepaald door verschillende toevallige factoren, is de betrouwbaarheid minder.
Wat is een Gelegenheidssteekproef?
Zie Toevallige steekproef: Een steekproef waarbij je gebruikmaakt van mensen die toevallig voorhanden zijn. Ook gelegenheidssteekproef genoemd. Een steekproef waarbij je gebruikmaakt van mensen die toevallig voorhanden zijn. Ook gelegenheidssteekproef genoemd.
Hoe weet je of een bron representatief is?
Een representatieve bron is een informatieverstrekker die thuishoort op het gebied waar je die gegevens voor gezocht hebt. Bijvoorbeeld als je de betekenis van een woord zoekt, dan is een woordenboek een representatieve bron terwijl een stripboek dat niet is.
Hoeveel respondenten nodig voor interview?
Als je een homogene groep onderzoekt, kun je 8 tot 10 respondenten interviewen totdat theoretische saturatie optreedt. Als je daarentegen een heterogene groep onderzoekt, kun je óf een aantal experts over deze groep interviewen óf per subgroep 1 of 2 personen interviewen (afhankelijk van het aantal subgroepen).
Wat betekent steekproeftrekking?
De procedure van het kiezen van een steekproef uit een populatie.
Waar moet je op letten bij het nemen van een goede steekproef?
Bij het trekken van een steekproef moet je letten op de volgende zaken:
- Geldigheid / validiteit. Bij geldigheid, ofwel validiteit, gaat het om de vraag: ‘weet men wat men wil weten?
- Betrouwbaarheid.
- Representativiteit.
- Ontbrekende gegevens.
- Aselect.
- Grootte van de steekproef.