Inhoudsopgave
Wat is de functie van Cambium?
o., weefsel tussen stengel en bast dat bij planten zorgt voor de diktegroei. Elk groeiseizoen (voorjaar en zomer) wordt door cambium-activiteit aan de centrale houtcilinder een meerdere cellagen dikke, groeiring toegevoegd en naar de buitenzijde een dun laagje bast afgezet.
Wat zijn Polvormende planten?
Tuinplanten die geschikt zijn om te scheuren, zijn planten die polvormend of bodembedekkend zijn. Een polvormende plant krijgt steeds nieuwe scheuten uit de grond aan de randen van de plant. Hij wordt dus steeds groter. Denk bijvoorbeeld aan Phlox of Kattenkruid.
Welk kenmerk past bij de klasse van de Bedektzadigen?
Bij de bedektzadigen liggen de zaden in een vrucht. In sommige gevallen zijn deze vruchten onopvallend, zoals bij een eikel, waar de vruchtwand slechts een heel dunne bedekking van het zaad vormt. In andere gevallen zijn de vruchten heel opvallend, zoals bij de tomaat.
Waar zit cambium?
Onder de schors zit de bast. In die bast lopen de bastvaten, dat zijn een soort buisjes. Door die buisjes wordt het voedsel uit de bladeren over de hele boom verdeeld. Onder die bast zit een laagje wat het cambium wordt genoemd.
Waarom scheurt cambium niet?
Het cambium scheurt niet, het maakt extra cellen, vergroot de cirkel en houdt zo de diktegroei bij. Soms ontstaan er parenchymcellen ipv houtvaten, hierdoor ontstaan mergstralen. Mergstralen zorgen voor voor transport midden>buitenkant buitenkant>midden (radiaal transport).
Wat betekent Polvormend?
De verschillende soorten zijn sympodiaal ook wel polvormend genoemd , monopodiaal ook wel kruipend genoemd en amfipodiale wortelstelsels ook wel semi-polvormend genoemd. Polvormende (sympodiale) bamboes hebben wortelstokken met korte segmenten en wortelknopen die dicht bij elkaar liggen.
Welke weefsels hebben planten?
Bij planten kunnen als belangrijkste weefsels worden onderscheiden de meristematisch weefsel (waar de groei plaatsvindt), de primaire weefsels (zoals parenchym, collenchym, sclerenchym en epidermis), klierweefsel, en de transportweefsels xyleem en floƫem.
Wat betekent bedektzadigen bij planten?
plantengroep waarbij de zaadknoppen in een vruchtbeginsel zijn ingesloten, b.v. de erwten in de peulen en de zaden van de papaver in de zaaddoos; zie ook naaktzadigen.