Inhoudsopgave
Wat is de brandstof voor de verbranding in je lichaam?
Verbranding is een scheikundig proces. Het is een afbraakproces. Voor verbranding in de cellen van het lichaam van mens en dier en plant zijn nodig een brandstof (Glucose) en zuurstof (O2). Bij verbranding komen koolstofdioxide (CO2) en water (H2O) en energie vrij.
Hoe raakt je lichaam afvalstoffen kwijt?
Zure afvalstoffen die in het bloed vrijkomen worden door het lichaam uitgescheiden via de nieren, de longen en de huid. Naast uitscheiding via de uitscheidingsorganen probeert het lichaam de zuurgraad van het bloed op een constant niveau te houden door afvalzuren te neutraliseren via onze basische buffer.
Welk zuurstofgehalte is minimaal nodig voor een brand?
De aanwezige lucht bevat ± 21% zuurstof, 78% stikstof en 1% overige gassen en waterdamp. In normale omstandigheden zal er daardoor altijd voldoende zuurstof aanwezig zijn voor een verbranding. Door verlaging van het zuurstofniveau (< 14%), zal een brand doven.
Wat is de meest voorkomende verbranding?
De eenvoudigste verbranding is die van gasvormige brandstoffen. Zowel de brandstof als de oxidator (doorgaans zuurstof in lucht) zijn dan gasvormig, zodat ze goed mengen en homogeen reageren. Goed bekend is aardgas als brandstof. De meest voorkomende reactie bij deze verbranding is: CH 4 + 2 O 2 → CO 2 + 2 H 2 O.
Wat is een verbranding in het lichaam?
Verbranding in het lichaam – Als je inademt neem je zuurstof uit de lucht op. – Als je uitademt geef je koolstofdioxide af aan je omgeving. – Ook raak je water en energie (warmte) kwijt bij het uitademen.
Wanneer vindt onvolledige verbranding plaats?
Onvolledige verbranding vindt plaats als er te weinig zuurstof aanwezig is. Dan kan de brandstof niet goed reageren met zuurstof. Hierdoor binden minder zuurstof-deeltjes zich aan de deeltjes van de brandstof dan mogelijk is. Het kan ook zijn dat de brandstof niet helemaal in moleculen wordt gesplitst, maar in grotere delen blijft zitten.
Wat is een verbranding met een vloeibare brandstof?
Ingewikkelder is de verbranding met een vloeibare brandstof. In de regel moet die brandstof eerst tot een gas of tot een nevel overgaan voordat verbranding kan optreden. Zo zal benzine of diesel verstoven worden in een verbrandingskamer. Ook stookolie zal verdampen door de hitte van de verbranding.