Wat doet een Stroomtransformator?

Wat doet een Stroomtransformator?

Stroomtransformatoren worden toegepast voor het meten van hoge stromen. Als u een stroom van 1000 ampère (A) wilt meten met een energiemeter, dan moet de stroom eerst 200 keer omlaag getransformeerd worden. Daar worden stroomtransformatoren voor gebruikt.

Waarom het Klokgetal?

Om na werkzaamheden of na verbouwingen op stations te voorkomen dat er een harde sluiting ontstaat omdat de verkeerde rail wordt aangesloten op de fase, worden ook de drie fasedraden van grondkabels gekend door middel van een klokgetal.

Hoe bereken je de windingen?

Hierbij hoort de formule: U p ÷U s = N p ÷N s .

1. U p is de spanning in de primaire spoel.
2. U s is de spanning in de secundaire spoel.
3. N p is het aantal windingen van de primaire spoel.
4. N s is het aantal windingen van de secundaire spoel.

Hoeveel windingen heeft 230V?

Primair en Secundair Er staat nog steeds 230 V op de primaire spoel. Er zijn nu 42 primaire windingen en 800 secundaire windingen.

Hoe werkt een Spaartransformator?

Spaartransformator, wat is dat? Een spaartransformator is een transformator die de secundaire spanning realiseert door een aftakking direct van de primaire wikkeling. Door deze aftakking van de primaire wikkeling, zal die een spanning realiseren naar ratio van de positie op de primaire wikkeling.

Welke eigenschappen moet een transformator hebben om de spanning te verdubbelen?

Voor deze omzetting moet de primaire spoel 19,2 windingen hebben voor elke secundaire winding. De verhouding tussen het aantal windingen van de primaire spoel en de secundaire spoel geeft de factor waarmee de spanning omhoog, dan wel omlaag wordt getransformeerd. Dit noemt men de transformatieverhouding.

Wat is het rendement van een transformator?

Een belangrijke eigenschap van een transformator is namelijk dat het een hoog rendement heeft (ca. 99,5%) en er dus nagenoeg geen vermogensverlies is bij het transporteren.

Wat zijn windingen natuurkunde?

De verhouding tussen de twee spanningen wordt bepaald door de verhouding van het aantal windingen van primaire en secundaire spoel: V p / V s = N p / N s. Hierin is V de spanning (in V) en N het aantal windingen. De onderschriften p en s duiden op de primaire en secundaire spoel.