Inhoudsopgave
Waar is de gemeente verantwoordelijk voor?
Gemeente voert landelijk en eigen beleid uit Bijvoorbeeld het bouwen van een theater, het aanleggen van een fietspad of het bouwen van woningen. Het maken van die keuzes is de belangrijkste taak van het gemeentebestuur. Daarnaast voert de gemeente ook veel landelijke wetten uit. Dit heet medebewind.
Waar staat het gemeentebestuur voor?
Het College van burgemeester en wethouders (kortweg ook vaak ‘B en W’ genoemd) is het dagelijks bestuur van de gemeente. Ook zorgt het college voor het uitvoeren van landelijke regelingen (het medebewind). Voorbeelden daarvan zijn het uitvoeren van de Participatiewet en de Wet milieubeheer.
Is de gemeente een bestuursorgaan?
Haar organen zijn in de Gemeentewet omschreven: de Gemeenteraad, de Burgemeester en het College van burgemeester en wethouders]. Deze organen zijn dus bestuursorganen van de Gemeente.
Wat doet een gemeentewerker?
Zorg, welzijn en volksgezondheid. De uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een belangrijke taak van de gemeente. Deze wet regelt onder meer allerlei taken op het gebied van zorg voor de inwoners, bijvoorbeeld thuiszorg. Ook voor een rolstoel moet je bij de gemeente zijn.
Wie controleert de gemeente?
Een gemeenteraad is het gekozen vertegenwoordigende lichaam in de gemeente en daarvan tevens het hoogste bestuurlijke orgaan. De raad stelt het beleid van de gemeente vast en controleert het dagelijks bestuur: het college van burgemeester en wethouders.
Is de gemeente een bedrijf of organisatie?
Een gemeente is een publiekrechtelijke rechtspersoon: Een rechtspersoon is een juridische constructie waardoor een abstracte entiteit of organisatie op kan treden als een volwaardig en handelingsbekwaam persoon in het rechtsverkeer behept met rechten en plichten zoals een natuurlijk persoon dat kan doen, dat wil zeggen …
Is de gemeente een A of B orgaan?
gemeente als rechtspersoon is krachtens publiekrecht ingesteld. conclusie: het is een a-orgaan.
Wat is verordenende bevoegdheid?
De verordende bevoegdheid van het waterschap vindt haar grondslag in twee sporen. In het ene geval wordt het waterschap door de wet opgedragen om een bepaalde verordening te maken en in het andere geval kan het waterschap zelf beslissen om voor een bepaald onderwerp een verordening op te stellen.