Is het ervaarde of ervoer?

Is het ervaarde of ervoer?

Wat is de verleden tijd van ervaren: ervaarde of ervoer? Het is allebei juist. De sterke vervoeging ervoer, die het oudst is, komt het meest voor.

Hoe vervoeg je ervaren?

Vervoeging: ik ervaar, jij ervaart, wij ervaren. ik ervoer, wij ervoeren. ik heb ervaren.

Is het waaide of woei?

Het werkwoord heeft behalve de sterke verledentijdsvorm woei ook een zwakke verleden tijd: waaide. Het voltooid deelwoord is altijd gewaaid. Zoiets als gewoeid bestaat dus niet. Ook andere werkwoorden met waaien erin, zoals binnenwaaien, uitwaaien, wegwaaien kunnen op twee manieren in de verleden tijd vervoegd worden.

Heeft gezien of hebt gezien?

Een voltooid deelwoord, zoals gezien, kan zowel voor als na het werkwoord hebben staan. Het is een hardnekkig misverstand dat het voltooid deelwoord alleen achteraan mag staan. Als we praten, hebben we zelfs meer de neiging om het voltooid deelwoord vooraan te zetten.

Wat is de voltooide tijd van ervaren?

Ervaren: ervaarde / ervoer.

Is het voer of vaarde?

Standaardtaal is voer. Vaarde wordt soms wel gebruikt, maar het is geen standaardtaal.

Heb ervaren verleden tijd?

ervaren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van ervaren
onbepaalde wijs lang
tegenwoordig (v.t.t.) heb ervaren hebben ervaren
verleden (v.v.t.) had ervaren hadden ervaren
toekomend (v.t.t.t.) zal ervaren hebben zullen ervaren hebben

Welke woorden zijn sterke werkwoorden?

Bij sterke werkwoorden (in de Algemene Nederlandse Spraakkunst ‘onregelmatige werkwoorden’ genoemd) verandert de klinker in de verleden tijd en eindigt het voltooid deelwoord op -en: lopen – liep – gelopen, wijzen – wees – gewezen, helpen – hielp – geholpen.

Wat is de verleden tijd van Erven?

Erven – geërfd / georven Erfde – geërfd is de normale vervoeging van erven.

Heeft ervaart of heeft ervaren?

Toelichting. Van oorsprong is ervaren een werkwoord met een sterke vervoeging; de hoofdtijden zijn dus: ervoer(en) – heeft ervaren.

Heb Of ben langsgelopen?

De verleden tijd van langslopen is ‘liep langs’. Het voltooid deelwoord is ‘is langsgelopen’.

Wat is de verleden tijd van lijden?

lijden/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van lijden
onbepaalde wijs
tegenwoordig (o.t.t.) lijd lijdt
verleden (o.v.t.) leed leed
toekomend (o.t.t.t.) zal lijden zult/zal lijden

Is het raced of racet?

De ik-vorm schrijf je als race en niet als rac, om de juiste uitspraak weer te geven. Ook Max ract zou verkeerd gelezen worden; bij de schrijfwijze racet wordt het wél goed uitgesproken. In de verleden tijd komt er -te(n) achter de ik-vorm: hij racete, wij raceten.

Wat was vroeger de verleden tijd van wassen?

schoonmaken (met water)Bewerken

vervoeging van de bedrijvende vorm van wassen
onbepaalde wijs kort
tegenwoordig (o.t.t.) was wast
verleden (o.v.t.) waste waste
toekomend (o.t.t.t.) zal wassen zal wassen

Wat is het voltooid deelwoord van scheppen?

scheppen – schiep – geschapen / schepte – geschept | Genootschap Onze Taal | Onze Taal.

Is dierf correct?

Durven wordt weleens onregelmatig vervoegd, maar dorst* is verouderd en dierf* is geen standaardtaal.

Is het lijdde of leed?

Met ij. Bedoel je het werkwoord waarmee je aangeeft dat iemand iets doorstaat of ondervindt (bijvoorbeeld pijn, een ziekte of honger)? Dan is het met een ij. Ook in de uitdrukkingen wel iets kunnen lijden en geen twijfel lijden is de spelling met een ij juist.

Wat betekent het woord lijden?

Het werkwoord lijden betekent onder meer ‘ondervinden’ (kou lijden, schipbreuk lijden). Het wordt ook gebruikt in de combinatie dat lijdt geen twijfel. Lijden betekent in die context ’toestaan, dulden, verdragen’. Het lijdt geen twijfel betekent dus ‘het duldt geen twijfel’, ‘het staat vast, het is zeker’.

Is verbaasd of is verbaast?

In de onvoltooid tegenwoordige tijd staat er nooit een d, dus het is altijd het verbaast, hij verbaast, jij verbaast enzovoort. Voor het voltooid deelwoord is het het eenvoudigst om er gewoon een e achter te zetten. Verbaasde, dus verbaasd.

Wat is de voltooid deelwoord van ervaren?

Wat zijn sterke werkwoorden Nederlands?

Is het vroeg of vraagde?

vragen/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van vragen
onbepaalde wijs
tegenwoordig (o.t.t.) vraag vraagt
verleden (o.v.t.) vroeg vroeg
toekomend (o.t.t.t.) zal vragen zult/zal vragen

Voor de verleden tijd van varen wordt soms ook wel vaarde gebruikt, maar die vorm wordt niet als standaardtaal beschouwd. Ook bij werkwoorden als afvaren, bevaren, blindvaren, rondvaren, uitvaren en welvaren is voer de vorm voor de verleden tijd.

ervaren (vervoegen)

  • ik ervaar, jij ervaart, wij ervaren.
  • ik ervoer, wij ervoeren.
  • ik heb ervaren.

Hoeveel sterke werkwoorden zijn er in het Nederlands?

Er is ook goed nieuws: de meeste Nederlandse onregelmatige werkwoorden hebben een regelmatige tegenwoordige tijd. Deze werkwoorden noemen we ook wel sterke werkwoorden. We hebben ook 11 volledig onregelmatige werkwoorden.

Wat zijn sterke werkwoorden en wat zijn zwakke werkwoorden?

De werkwoorden waarbij de klank niet verandert in de verleden tijd worden zwakke werkwoorden genoemd. Werkwoorden waarbij de klank wel verandert in de verleden tijd worden sterke werkwoorden genoemd.

Wat is een zwak werkwoord?

Wat zijn zwakke werkwoorden? De zwakke werkwoorden veranderen niet van klank als ze van tijd veranderen. Hieronder vind je enkele voorbeelden van zwakke werkwoorden in tegenwoordige tijd (tt), verleden tijd (vt) en als voltooid deelwoord (vd). Een zwak werkwoord is te zwak om van klank te veranderen.