Inhoudsopgave
Hoe worden waterstofbruggen gevormd?
Een waterstofbrug vormt zich tussen tussen moleculen met O-H en N-H bindingen. Er ontstaat zo’n brug doordat deze twee bindingen polair zijn. Polair betekent dat er op beide atomen een partiële lading zit. Bij de O en de N zit een partiële negatieve lading en bij de H zit een partiële positieve lading.
Wat zijn Bindingstypes?
Bindingen worden historisch ingedeeld in vier typen: metaalbinding, ionbinding, atoombinding en intermoleculaire binding.
Welke chemische verbindingen zijn er?
Covalente bindingen = gemeenschappelijk gebruik van elkaars elektronen door twee atomen
- een ionbinding.
- een polaire covalente binding.
- een apolaire covalente binding.
- helemaal geen binding.
Hoeveel waterstofbruggen kan een atoom vormen?
Er zijn maar drie (met uitzondering van een zwakkere binding) atomen die, in een binding met waterstof, een waterstofbrug kunnen slaan met andere atomen.
Wat is een isomeer?
Veel mensen denken dat twee stoffen hetzelfde zijn als er dezelfde atomen in deze twee stoffen zitten. Echter zit er vaak nog een verschil in de structuur van de stoffen, waardoor ze toch verschillend zijn. Dit noemt men isomerie.
Hoeveel waterstofbruggen kan een molecuul vormen?
Een van deze krachten is de waterstofbrug. De waterstofbrug is een zeer krachtige polaire “binding” tussen twee moleculen die waterstofbruggen kunnen slaan tussen elkaar.
Wat is een atomaire stof?
In atomaire stoffen zijn de atomen onderling verbonden door middel van een atoombinding. Op die manier ontstaat er een groot netwerk van atomen. Atomaire stoffen hebben geen verhoudings- of molecuulformules. Atomaire stoffen geleiden geen stroom.
Hoeveel verbindingen zijn er ongeveer?
Bekende voorbeelden zijn koolstofdioxide (koolstof en zuurstof), water (waterstof en zuurstof), alcohol (koolstof, waterstof en zuurstof), keukenzout (natrium en chloor) en zo zijn er ongeveer 4 miljoen mogelijkheden.