Inhoudsopgave
Hoe vertaal je Dativus Latijn?
Je mag de dativus dan vertalen met voor of aan . De Romeinen hebben wel een woord voor ‘hebben’ (namelijk ‘habere’), maar toch zeggen ze soms niet ‘Ik heb een paard’, maar juist ‘Er is een paard voor/aan mij’, alsof ‘ik’ het meewerkend voorwerp is!
Hoe moet je de ablativus vertalen?
Je vertaald de ablativus vaak door ‘met’ of ‘door’ voor het woord te plaatsen. De ablativus wordt ook gebruikt om afkomst/plaats/tijdstip aan te geven.
Hoe vertaal je de ablatief?
Andere talen
‘binnen’ | ‘buiten’ | |
---|---|---|
naderend | illatief (erin gaan, naar binnen gaan) | allatief (erheen, ernaartoe, erop gaan) |
positie | inessief (erin zijn, erbinnen zijn) | adessief (er aan, op, bij zijn) |
verlatend | elatief (er uit gaan) | ablatief (ervanaf, ervandaan gaan) |
Wat zijn de naamvallen Latijn?
Het Latijn telt zes naamvallen en vijf verbuigingen: naamwoorden op -a (eerste declinatie), op -us, -um en -er (tweede), op -is in de genitivus (derde), op -us met genitivus -us (vierde) en op -es (vijfde).
Wat zijn de zelfstandige naamwoorden?
De meeste zelfstandige naamwoorden komen zowel in het enkelvoud ( kast) als in het meervoud ( kasten) voor; uitzonderingen hierop zijn bijvoorbeeld politie, vee (alleen enkelvoud) en hersens/hersenen (alleen meervoud).
Wat zijn naamvallen in het Latijn?
Het Latijn kenmerkt zich door het gebruik van naamvallen (casus). Dit zijn speciale vormen van een substantief, adjectief of pronomen (voornaamwoord) die een functie in de zin aanduiden door middel van de uitgang die tegelijkertijd verschilt tussen enkelvoud en meervoud.
Wat is een enkelvoud in het Latijn?
In principe kennen alle naamwoorden in het Latijn een enkelvoud en een meervoud, maar van een aantal woorden is ofwel het enkelvoud ofwel het meervoud in onbruik geraakt (vergelijk het Nederlandse hersens, een meervoud of politie, een enkelvoud).
Wat kent het Latijn voor geslachten?
Net als het Nederlands kent het Latijn drie geslachten (genus) voor de naamwoorden: mannelijk (masculinum), vrouwelijk (femininum) en onzijdig (neutrum). Veelal kan het geslacht van een woord worden afgeleid van de declinatie (zie verderop) waar het bijhoort, samen met de uitgang in de eerste naamval.