Inhoudsopgave
Hoe vind je een bissectrice?
Plaats de punt van de passer op het hoekpunt en teken een cirkel met een willekeurige straal; Markeer de twee snijpunten van deze cirkel met de beide benen van de hoek; Plaats de punt van de passer achtereenvolgens op elk van deze twee benen in deze snijpunten en teken twee cirkels met gelijke straal.
Hoe vind je het middelpunt van een driehoek?
De drie middelloodlijnen van de zijden van iedere driehoek snijden elkaar altijd in één punt, punt M. Dit punt ligt precies even ver van alle hoeken van de driehoek. Dit punt is het middelpunt van een cirkel die door alle hoekpunten van de driehoek gaat: dit is de omgeschreven cirkel van de driehoek.
Hoe stel je de formule van een bissectrice op?
Om de bissectrices te bepalen moet je eerst je vergelijkingen normaliseren. Om de vergelijking van een rechte A ax+by+c=0 te normaliseren neem je de absolute waarde van de vergelijking en deel je de vergelijking door de normeringsfactor √(a2+b2).
Wat is de tweede bissectrice?
De eerste bissectrice heeft vergelijking y = x (maar die heb je niet nodig), de tweede y = -x. Voor de evenwijdige stand is enkel de richtingscoëfficiënt van belang, die is voor de tweede bissectrice -1.
Wat is een loodlijn van een driehoek?
loodlijn – Zelfstandignaamwoord 1. (wiskunde) een lijn die een rechte hoek maakt met de raaklijn van de figuur waarop zij wordt neergelaten ♢ De loodlijn is de kortste afstand vanuit een punt tot een figuur.
Wat is De oppervlakte van de driehoek?
Bewijs Oppervlakte driehoek. Dus de oppervlakte is de helft van de rechthoek die om de driehoek heen past. En deze ‘omvattende’ rechthoek heeft als oppervlakte: lengte x breedte = AB x BE (en BE = DC). Dus de oppervlakte van ABC is de helft van AB x BE. Dus Opp (ABC) = 1/2 x AB x CD, ofwel een 1/2 x basis x hoogte.
Wat is de basis van de driehoek?
Elke kant van de driehoek kan de basis zijn, ongeacht hoe de driehoek is getekend. Om je dit voor te stellen roteer je in gedachten de driehoek tot te bekende zijkant de onderkant is geworden. Een voorbeeld, als je weet dat de oppervlakte van een driehoek gelijk is aan 20, en een van de zijden is 4, dan geldt: A = 20 en b = 4.
Wat is de hoogte van de driehoek?
De basis is de korte zijde van de driehoek. De hoogte is de kortste afstand van die zijde tot het tegenoverliggende punt. Hierbij geldt dat de hoogte en de basis altijd loodrecht op elkaar staan.
Hoe bereken je de omtrek van de driehoek?
De omtrek van de driehoek kun je berekenen door de lengte van de 3 zijden bij elkaar op te tellen: Omtrek = zijde a + zijde b + zijde c