Inhoudsopgave
Wat is een TPV lijn?
Bij TPV wordt voeding niet via de darm gegeven, maar via een infuuspomp met een dun slangetje rechtstreeks in uw bloedbaan. Het dunne slangetje (centraal veneuze katheter of centrale lijn) wordt in een groot bloedvat geplaatst.
Wat zijn twee voorbeelden van parenterale toediening?
Parenterale toedieningsvormen zijn bijvoorbeeld: injectie (subcutaan, intradermaal, intramusculair) infuus (intraveneus) in de aders. transdermaal (fentanylpleister)
Wat zit er in TPV?
Parenterale voeding bevat alle voedingsstoffen die het lichaam nodig heeft. Zoals energie, eiwit, vet en koolhydraten, vocht, vitamines en mineralen. Het wordt daarom ook wel totale parenterale voeding (TPV) genoemd.
Waarom heeft bijvoeden altijd de voorkeur over Intraveneuse voeding?
Parenterale voeding kan nodig zijn als het niet meer of onvoldoende mogelijk is om via de darmen eten en drinken op te nemen. Bijvoorbeeld doordat de darmen niet goed werken door ziekte of als bijwerking van de behandeling. Met parenterale voeding is het mogelijk om toch voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen.
Wat betekend dermaal?
Dermaal (van derma – de huid) betekent betrekking hebbend op de huid. Men spreekt bijvoorbeeld van dermale of transdermale toediening van geneesmiddelen, zoals de bekende nicotinepleister of het toepassen van crèmes. In plaats van dermaal wordt wel ook de term cutaan gebruikt.
Wat zijn toedieningswijzen?
toedieningswijzen: oraal, rectaal, vaginaal, via de luchtwegen, via de huid, via de slijmvliezen.
Wat zijn essentiële aminozuren?
Deze laatste moeten in het voedsel aanwezig zijn, men noemt ze de noodzakelijke of essentiële aminozuren. Volwassen mensen hebben acht essentiële aminozuren nodig: lysine, tryptofaan, fenylalanine, leucine, isoleucine, threonine, methionine en valine.
Wat zijn de volgende aminozuren?
Dit zijn de volgende aminozuren: alanine, asparagine, asparaginezuur, cysteïne, glutamine, glutaminezuur, glycine, proline, serine en tyrosine. Opgemerkt moet worden dat de indeling in »essentieel« en »niet-essentiële« niet betekend dat een groep minder belangrijk is dan de andere.
Wat is de algemene formule voor een α-aminozuur?
De algemene formule voor een α-aminozuur is R-CH (NH 2)-COOH. De R staat voor R esidu-groep, een functionele groep die er eventueel aan kan zitten. Dergelijke moleculen bezitten dus aan beide uiteinden groepen die met de groepen van andere aminozuren kunnen reageren.